Pagina's

donderdag 24 maart 2011

Diego en Frida van Jean-Marie Le Clézio


Frida Kahlo en Diego Rivera. Misschien wel het kleurrijkste kunstenaarspaar van de twintigste eeuw.  Sinds de film Frida (met Selma Hayek in de hoofdrol)  is vooral haar tragische leven bij een groter publiek bekend. Na een busongeluk blijft ze gehandicapt en haar leven zal altijd getekend zijn door fysieke pijn. Haar ontmoeting met kunstenaar Diego Rivera  bepaalt de rest van haar leven. Zelf spreekt ze van twee zware ongelukken in haar leven:  “één waarin een tram me aanreed, het andere was mijn man."   
Het lijkt moeilijk om van  de levens van deze controversiële en passionele  kunstenaars een saaie biografie te maken. Toch was Le Clézio daar bijna in geslaagd. In zijn visie op het kunstenaarspaar staat het ideaal van de (Mexicaanse) revolutie centraal en de biograaf  laat een hele resem namen de revue passeren, namen van politici, kunstenaars, schrijvers, dikwijls alleen bekend in de Mexicaanse context.  Dat en de vermelding van de vele plaatsen die het paar aandoet, van de Verenigde Staten tot Rusland en Europa, zijn wel heel veel feiten in deze biografie en dat is niet altijd even bevorderlijk voor het leesplezier.  Gelukkig heeft de biograaf in de tweede  helft van het boek meer aandacht voor wat zich afspeelt tussen Diego en Frida, en voor de eigenheid van hun œuvre.  
Jammer ook dat het boek zo sober is uitgegeven. In een biografie over twee schilders die zo’n uitgesproken kleurenpalet hanteerden, zijn de zwart-wit illustraties middenin een magere troostprijs.
Het zijn de sterke persoonlijkheden van Diego en Frida en de persoonlijke, mythologisch geïnspireerde interpretatie ervan door Le Clézio, die maken  dat deze biografie toch nog steeds meer dan de moeite waard blijft.
★★★☆☆
    

donderdag 17 maart 2011

Titaantjes van Nescio


Dit pareltje had ik al veel langer moeten lezen. Nog geen dertig pagina’s heeft Nescio nodig om het leven van een vijftal jonge vrienden vanuit een achteruitkijkspiegel te beschrijven. 'Jongens waren we - maar aardige jongens. Al zeg ik ’t zelf. We zijn nu veel wijzer, stakkerig wijs zijn we, behalve Bavink, die mal geworden is. Wat hebben we al niet willen opknappen? We zouden hun wel eens laten zien hoe ’t moest.' Vijf jonge kerels vol dromen en eigendunk, hemelbestormers, wereldverbeteraars, jonge helden. Titaantjes dus. Dat het met die wilde plannen niets zou worden is niet echt een verrassing. Op het eind van het verhaal 'glimlacht God om de gewichtige heeren, die denken dat ze heel wat beteekenen. Nieuwe Titaantjes zijn al weer bezig kleine rotsblokjes op te stapelen om ‘m van z’n verhevenheid te storten en dan de wereld naar hun zin in te richten. Hij lacht maar en denkt: ’Goed zoo jongens, zoo mal als je bent, ben je me toch liever dan die mooie wijze heeren. ’t Spijt me dat ik je nek moet breken en dat ik die heeren moet laten gedijen, maar ik ben ook God maar.’ Heerlijk, deze relativering, die helemaal in de lijn ligt van de ironie van de titel.
★★★☆☆

woensdag 9 maart 2011

Keukenconfessies. .

Keukenconfessies van Anthony Bourdain
Berichten uit de culinaire onderbuik

Anthony Bourdain kende ik al van zijn culi-thriller Tot op het bot. Bloedstollend rauw verhaal dat zich afspeelt in het keukenwereldje van New York, waar scherpe messen en tot op het bot fileren tot de dagelijkse gang van zaken horen. Keukenconfessies. Berichten uit de culinaire onderbuik is al even straffe kost. Geen roman deze keer, maar een blik achter de schermen van restaurantkeukens. Chef-kok Bourdain schrijft met veel humor over zijn collega’s die hij “gedegenereerde gekken, aan drugs verslaafd geteisem, insluipers, gewelddadige dronkelappen, viespeuken en psychopaten” noemt. Wie aan dit boek begint, wapent zich best tegen reuzenporties vuilbekkerij,  hoofdstukken vol (Frans) keukenjargon en een goor sfeertje. Wie zich ergert aan de dagelijkse aanwezigheid van kookprogramma’s op televisie en Gordon Ramsay en Peter Goossens vooral als bullebakken ervaart, begint er best niet aan. Keukenconfessies is  nog heftiger. Maar het moet gezegd, het is ook fascinerend. En van hoofdstukken als ‘Van onze keuken naar uw tafel’ en ‘Koken als een prof’ steek je nog wat op ook. Met gemengde gevoelens zou ik zeggen: weet waaraan je begint! 
★★☆☆☆

donderdag 3 maart 2011

De overgave van Arthur Japin

Volhouden wekt ontzag. Overleven dwingt respect af. En toch, als er een ding is dat ik meeneem uit deze roman is dat er soms meer moed nodig is om je te durven overgeven. Zich overgeven, dat is wat de oude Granny Parker moet doen als ze voor de moeilijkste opgave van haar leven staat. En dat leven is niet mals voor haar geweest. Ze heeft de slachting overleefd van Fort Parker toen in 1836 haar nederzetting op brutale manier werd aangevallen door een groep jonge Comanche-krijgers.  Meer nog dan de mishandelingen heeft de ontvoering van haar kleinkinderen haar leven getekend. En nu op het einde van haar leven komt  de laatst overgebleven leider  van de Comanches, die ook haar achterkleinzoon is,  haar opzoeken. Hoe durft hij! Ook hij staat voor een overgave. De beschrijving van hun ontmoeting heeft meer indruk op mij gemaakt dan de gruwel  van de confrontaties tussen Indianen en pioniers. Een knap boek!
★★★☆☆