Pagina's

zondag 31 oktober 2010

Ter wereld gekomen, van Margaret Mazzantini.

Sarajevo is de rode draad in deze roman, en ook de reden dat ik deze roman uitkoos.  Sarajevo, een naam die klinkt als muziek. De stad die geroemd werd om haar multiculturaliteit.  Daar breekt in 1992 de Bosnische oorlog uit. Een burgeroorlog in de achtertuin van Europa op het einde van de twintigste eeuw, je houdt het niet voor mogelijk. Gedurende drie jaren vonden er in Sarajevo gemiddeld 329 bominslagen per dag plaats. De beelden van het bloedbad op de markt zijn op ons collectieve netvlies gebrand. In de naweeën van de burgeroorlog zijn de inwoners van de stad zich vandaag nog steeds pijnlijk bewust van hun etnische oorsprong. Vrede is een broos gegeven. 
Ter wereld gekomen is het verhaal van Gemma. De Italiaanse Gemma komt voor het eerst in Sarajevo tijdens de Olympische winterspelen van 1984. Ze verkent de stad in het gezelschap van de jonge Bosnische gids en dichter Gojko,  en van Diego, een getalenteerd fotograaf uit Genua. Diego wordt haar grote liefde. Uiteindelijk trouwen ze maar Diego is onrustig en kan niet echt aarden in Rome. Als hij terugkeert naar Sarajevo net voor de onlusten, volgt ze hem. De hel barst los en het dagelijkse leven in Sarajevo wordt onhoudbaar. Gemma slaagt erin uit Sarajevo weg te komen, mét een kind maar zonder Diego. De roman begint als Gemma zestien jaar later nog eens terugkeert naar Sarajevo samen met haar puberzoon Pietro. Ze wil er Pietro laten zien wie Diego was, de vader die hij nooit gekend heeft, en zoekt zelf ook antwoorden voor de breuk met Diego. Naarmate je vordert in de roman - en dat gaat best wel traag in het begin - wordt het duidelijk dat vooral Gemma's kinderwens en haar vruchtbaarheidsprobleem het hoofdthema zijn van deze roman. Diego en Gemma gingen ver om hun kinderwens te realiseren, maar de ontdekking die Gemma doet op het einde van de roman overtreft alles. En als de laatste puzzelstukjes op hun plaats vallen, weet je dat je deze dikke turf van net iets meer dan 500 bladzijden niet voor niets gelezen hebt.
Deze samenvatting mag dan al bedrieglijk eenvoudig klinken, de roman is dat niet. Dat hangt samen met de keuze van het vertelperspectief. Het verhaal wordt verteld door Gemma, die soms gekke sprongen maakt in haar leven. De roman springt mee in de tijd op het ritme van Gemma's herinneringen. Het aantal personages blijft dan weer zeer overzichtelijk: haar wereld draait rond Diego, Gojko en Pietro, de drie mannen die haar leven bepalen. En op de achtergrond altijd Sarajevo, dat eigenlijk bijna een medespeler is. Sarajevo in 1984, onbezorgd, naïef en bruisend. Sarajevo in 1994, kapotgeschoten maar niet gebroken. Sarajevo nu, voorzichtig weer op zoek naar een eigen koers.  
Zo maakt deze roman waar wat ik van een roman verwacht: dat je niet alleen in de binnenwereld van de personages kunt kijken, maar tegelijk in de buitenwereld getrokken wordt. 
★★★☆☆
  

donderdag 21 oktober 2010

De terugkeer van de dansleraar van Henning Mankell.

Deze week grijp ik terug naar een boek uit 2005 van de Zweedse misdaadauteur Henning Mankell. Vrijwel iedereen kent  Mankell van de Wallander-reeks.    
In De terugkeer van de dansleraar introduceert Henning Mankell een nieuwe inspecteur, Stefan Lindman. Twee gebeurtenissen overrompelen de 37-jarige politie-inspecteur Stefan Lindman. Zijn arts vertelt hem dat hij kanker heeft en geopereerd moet worden aan zijn tong, en hij leest in de krant dat zijn gepensioneerde ex-collega en mentor Herbert Molin vermoord is. Om zijn zinnen te verzetten in de periode voor zijn ziekenhuisopname reist Lindman af naar het Noord-Zweedse plaatsje waar Molin in zijn afgelegen boerderij brutaal om het leven is gebracht. Op de plaats van de moord worden vreemde bloederige sporen gevonden: het blijken de basispassen van de tango te zijn.
Tango is dus een eerste intrigerende insteek. Mankell weet het verband van tango met de moord tot op het einde spannend te houden. Bovendien zijn Mankells personages geen typetjes. De angst van Stefan Lindman als hij met kanker geconfronteerd wordt, maakt van hem een mens van vlees en bloed. En Mankell zou Mankell niet zijn als zijn roman ook niet een maatschappelijke dimensie had.  De zoektocht naar de moordenaar brengt ook een minder fraai stukje Zweden aan het licht.  
Redenen genoeg dus om aan deze roman met laagjes te beginnen. Vooral veel leesplezier.
★★★★☆

donderdag 14 oktober 2010

De oren van Buster, van Maria Ernestam.

'Ik was zeven toen ik besloot mijn moeder te vermoorden. Maar ik was zeventien toen ik mijn besluit ten uitvoer bracht.'
Zo begint Eva haar dagboek.  In de zomer na haar zesenvijftigste verjaardag schrijft ze koortsachtig haar bewogen leven van zich af. Tien jaar had Eva nodig om zich voor te bereiden op de ultieme daad. Tien lange jaren die donker kleuren door de gestoorde verhouding met haar moeder. De jonge Eva ontwikkelt overlevingsstrategieën en groeit onafwendbaar naar de moord toe. Buster, de kwaadaardige hond van de buren, is haar eerste oefenobject. Ze zal zijn oren bewaren in een zakje onder haar kussen: 'Zijn oren leerden me dat er voor alle problemen een oplossing kan gevonden worden.'
Ondertussen krijg je ook zicht op de volwassen Eva. Ze lijkt haar leven onder controle te hebben, of is dat maar schijn? En wie is die geheimzinnige Schoppenkoning, die steeds meer haar dromen beheerst?
Spannend geschreven, want er is zoveel meer dan de moord. Schrijnend grappig soms. Een boek dat ik zo snel mogelijk uit wilde hebben. 
★★★☆☆


  

donderdag 7 oktober 2010

Een vlucht vooruit

Een vlucht vooruit,  van Åke Edwardson. 

Zeggen dat de Scandinaven goed scoren in de misdaadroman is een open deur intrappen. Henning Mankell, Unni Lindell, Arnaldur Indridason, Karin Fossum, Stieg Larsson: je kan ze 'blind' kopen, ze staan garant voor degelijk geschreven, spannende boeken. Dat geldt ook voor Åke Edwardson. In juni verscheen zijn tiende boek in vertaling, De laatste winter. Met hoofdinspecteur Erik Winter uit Göteborg als hoofdpersonage. En in de traditie van illustere collega's als Håkan Nesser (Van Veeteren), Henning Mankell (Wallander) en de Zweedse grondleggers van de politieromans, Sjöwall & Wahlöö, neemt ook Edwardson na tien delen afscheid van zijn speurder. Misschien had hij dat al iets eerder moeten doen. Want Een vlucht vooruit (nr 8 in de reeks) kon mij niet bekoren.

In een nachtwinkel in een bruine buurt in Göteborg worden drie allochtonen op bloedige wijze vermoord. Niemand heeft iets gezien, niemand heeft iets gehoord. Er zijn wel geruchten, geruchten over kinderprostitutie en trafficking. En er is het sfeerbeeld van een Europees land dat worstelt met zijn houding tegenover immigranten en asielzoekers. Hoe verdraagzaam wil/kan een maatschappij zijn? En is die verdraagzaamheid niet eerder onverschilligheid? Vragen die je maar al te goed herkent. Zweden is niet het enige land dat  stevig naar rechts opgeschoven is. Temidden van die zwaar beladen thema's geeft Edwardson een zeer menselijk beeld van inspecteur Erik Winter, die overeind probeert te blijven, in de zaak en in zijn privé-leven.
Maar er komt geen schot in deze duistere zaak  en de frustratie van de speurder is toch vrij dun als gegeven om de lezer geboeid te houden. Toegegeven, het einde komt toch nog onverwacht, maar voor mij was het kalf toen al verdronken.  

Toch blijf ik benieuwd. Als er iets is dat de Scandinavische grootmeesters gemeen hebben, is het hun maatschappelijke betrokkenheid. Edwardson zelf zegt hierover in een interview: "Ik vind dat schrijvers van misdaadromans een belangrijke rol hebben om menselijkheid en inlevingsvermogen in hun werk te stoppen. Misschien meer nog dan andere schrijvers. Anders wordt het gewoon koud en cynisch vermaak en daar hebben we al meer dan genoeg van."


Ik zal dus  de Scandinavische misdaadroman blijven volgen, ongevoelig voor het misprijzen van  de puur 'literaire' lezer/criticus. En ook Åke Edwardson kan op zijn beide oren slapen. Ik kijk toch al uit naar De laatste winter. Leuke knipoog trouwens, die titel,  naar  het afscheid van zijn hoofdpersonage.